John en Pasca in Maleisië (deel 2)
•
Richting Schiphol
•
Kinarut
•
Sandakan
•
Sepilok Jungle Resort en het Orang Oetan Rehabilitation Centre
•
Sukau Rainforest Lodge
•
Sukau - Riviersafari
•
Sukau
•
Camantong Caves
•
Danum Valley en de Borneo Rainforest Lodge
•
Danum Valley en de Borneo Rainforest Lodge
•
Beklimming Mount Kinabalu
•
Pulau Gaya
Richting Schiphol |  |
April 2006. Precies op de afgesproken tijd, om 06.30 uur, stopt de taxi voor de deur. Vanaf 05.00 uur zijn we al op. Kopje
koffie drinken, op en neer gedrentel. Voor de zoveelste keer alles checken, paspoorten, tickets, vouchers. Het
gebruikelijke ritueel. Tijd om te gaan!
Nog even iemand in Tiel ophalen en dan kunnen we richting Schiphol. Maandagmorgen en het is vrij rustig op de weg, gelukkig
geen files richting Utrecht en Amsterdam. Om 09.00 uur worden we netjes afgezet bij vertrekhal 3. We zijn lekker op tijd.
Om 09.30 uur inchecken en dan de douane door. De reis kan beginnen! Eerst op zoek naar 2 onderwatercamera’s en dan kunnen
we nog op ons gemak een kop koffie nemen en winkeltjes kijken. De vlucht, met Malaysia Airlines, vertrekt om 12.00 uur.
Vooraf heeft Shinta Travel voor ons de plaatsen besproken en die krijgen we ook toegewezen. Rijtje van 2, bijna achter in
het vliegtuig, heerlijk! De vlucht verloopt prima en we vermaken ons uitstekend. Slapen doen we niet echt, daar is het
allemaal veel te spannend voor! Op het vliegveld van Kuala Lumpur kunnen we het rustig aan doen. De tussenstop neemt ± 2 ½
uur in beslag. Ook dit keer moeten we met het “treintje” naar de betreffende vertrekhal. Dan is het even zoeken….waar is
die rokersruimte ook al weer! Lachen, een half jaar geleden waren we hier ook, op precies dezelfde plek. Naast ons komt een
stelletje zitten. Nederlanders? Dat blijkt al snel als ze een Shinta mapje tevoorschijn halen! We kletsen even en wensen
elkaar een fijne vakantie (het zal niet de laatste keer zijn dat we deze Rotterdammers tegenkomen!). Het wordt tijd om naar
de gate toe te gaan. De vlucht van Kuala Lumpur naar Sabah neemt 3 uur in beslag, nog even en we zijn op onze
eindbestemming! Een groot gedeelte van de vlucht wordt over zee gevlogen en dan…is Sabah in zicht. De zon schijnt en we
popelen om het vliegtuig uit te kunnen. Onze eerste 2 dagen verblijven we in Kinarut. In het Langkah Syabas Resort op ± 15
minuten rijden van Kota Kinabalu. De douaneformaliteiten verlopen erg vlot en dan stappen wij het zonnetje in! Sabah here
we are!
Kinarut |  |
We worden opgehaald door een medewerker van het Langkah Syabas. Hij heet ons welkom in Sabah en na een korte rit zijn we
bij het eerste adres van deze vakantie en kunnen we bijkomen van de reis. Kinarut is een klein plaatsje bij Kota Kinabalu.
In de nabijheid van het resort is verder weinig te doen. Er bevindt zich op ± 400 meter van Langkah Syabas een ander klein
resort. Langkah Syabas telt in totaal 14 huisjes waarvan enkele vrijstaand en de overige bevinden zich 2 onder 1 kap. We
krijgen een vrijstaand huisje toegewezen. De kamer is geweldig, erg ruim met een mooie houten vloer, koelkastje,
waterkoker, tv, dvd-speler, airco, fan en zelfs een fan buiten op het terras. De zee is op enkele meters afstand. De
huisjes bevinden zich in een mooie tuin rondom het zwembad. Op weg naar de zee ontdekken we tevens enkele stallen waar
pony's in staan en zien we enkele schaapjes en geitjes rondlopen. Het strand bij het resort wordt schoongehouden maar is
niet erg breed en de zee is hier vrij ruw. 's avonds genieten we van een voortreffelijk diner met uitzicht op zee. De
eigenaar van het resort is een Australiër, dus buiten de Aziatische gerechten, ook veel Australische gerechten op de kaart.
We drinken nog wat op het terras en rond 22.00 uur houden wij het voor gezien, we kunnen onze ogen niet meer open houden,
tijd om lekker te gaan slapen.
De volgende dag bestaat uit genieten van een heerlijk ontbijtje, lekker luieren bij het zwembad, lunchen, wederom luieren
bij het zwembad, genieten van het diner en 's avonds gezellig een pilsje drinken op het terras en een dvd-tje kijken, die
we kunnen lenen uit een enorme collectie. Dit is zo'n dag waarvan wij zeggen, "even bijkomen van de reis!" 's Avonds maken
we nog een tropisch buitje mee, eerst begint het wat te waaien en donderen en dan komt in één keer de regen met bakken uit
de hemel. De tuin staat blank en er vormen zich heuse mini stroompjes. Wat een pech voor de tuinman, die heeft vandaag de
hele dag bladeren uit het zwembad staan vissen. Door de wind ligt nu het zwembad weer vol. Na enkele uurtjes houdt het op
met regenen en door zo'n tropische bui ruikt alles weer heerlijk fris.
De volgende morgen worden we om 10.15 uur weggebracht naar het vliegveld. Om 11.35 uur vertrekt de vlucht naar Sandakan.
Dit is een binnenlandse vlucht dus een klein uurtje van te voren aanwezig zijn is vroeg genoeg. De medewerker van Langkah
Syabas deelt ons nog even mee dat het in Sandakan bijna altijd regent. Echt waar? Ja echt waar, verteld hij ons. Nou, we
zullen het wel zien.
Sandakan |  |
De vlucht vanuit Kota Kinabalu naar Sandakan neemt 45 minuten in beslag. Op het vliegveld worden we opgewacht door Borneo
Eco Tours. De touroperator in Borneo waarmee Shinta Travel contacten heeft. We worden hartelijk ontvangen en krijgen een
envelop in handen met alle reisbescheiden voor de volgende dagen. Tevens krijgen we een mooi boek "Saving Paradise", The
story of Sukau Rainforest Lodge, geschreven door Albert Teo en Carol Patterson, enkele mooie kaarten en boekenleggers. De
Sukau Rainforest Lodge staat ook op het programma maar eerst gaan we naar Sepilok. Ook in Sandakan schijnt de zon en de
lucht is strak blauw, hebben wij even mazzel! De gids stelt voor eerst te gaan lunchen in Sandakan. Prima. Het is druk op
de weg maar dat geeft ons de gelegenheid de reisbescheiden door te nemen. We treffen geen enkele voucher aan voor de
volgende lodges. Geen probleem volgens de gids, we hoeven ons geen zorgen te maken, Borneo Eco Tours heeft alles geregeld.
Het enige wat wij "moeten" doen is genieten!
Onze lunch hebben we in Hotel Sandakan. Sandakan op zich kan ons niet echt bekoren. Het is een vrij grauwe stad. Ondanks
de zon doet alles een beetje somber aan. Tijdens de lunch gaat onze gids leech socks voor ons halen. Die schijnen we echt
nodig te hebben in Sukau ivm. de bloedzuigers. Hij legt ons uit dat dit een soort "Christmas-soks" zijn die je over je
sokken en broek draagt en met een touwtje vastmaakt net onder je knie. We kunnen ze ook kopen in Sukau maar daar zijn ze
duurder. Hij vindt het geen probleem deze voor ons in Sandakan te kopen. Perfect geregeld! Na de lunch bezoeken we eerst
het waterdorp. Het dorp is legaal gebouwd. Veel waterdorpen in Sandakan zijn illegaal. De regering onderneemt echter weinig
tegen deze illegale dorpen. We parkeren de auto en lopen via een steiger het dorp binnen. De huisjes staan op palen in het
water en zijn onderling verbonden met loopbruggen. De buitenste rij huizen, in allerlei bonte kleuren, zijn mooi om te
zien. Elk huis heeft een terras, niet alleen van hout maar ook van beton. Bloemen en planten in gekleurde bloempotten
sieren de terrassen en loopbruggen. Nadat we de buitenste rij zijn gepasseerd komen we echter de eerste krotten tegen.
Kleurloze huisjes van vergaand hout die scheefgezakt in het water staan. De oorspronkelijke huizen, legt de gids uit. Het
valt ons op dat bij deze huisjes erg veel rotzooi in het water ligt. Alles wordt in het water gedumpt, ook de dagelijkse
behoeften komen rechtstreeks in zee terecht. Waarvoor de rode kruisjes dienen die her en der op het houten looppad staan
weet de gids ook niet. Zwakke/rotte planken? We mogen bij een huisje binnen kijken maar daarvoor bedanken we vriendelijk.
De eigenaar verkoopt parels....wij voelen ons echter altijd veel te opgelaten om er zonder wat te kopen weer uit te lopen.
En wat moeten wij met parels? We lopen nog wat rond en onze gids maakt links en rechts een praatje, hij komt hier vaker dat
is te merken. Na enkele vriendelijk bye bye's verlaten wij het waterdorp en vervolgen onze weg naar het Memorial Park.
Hebben we genoten van het waterdorp?, vraagt onze gids. Ja, zeker weten! Het was ons eerste bezoek aan zo'n dorp dus
interessant om te zien.
Aangekomen bij Memorial Park vertelt onze gids het verhaal van de Australiërs en de Britten. Deze werden tijdens de oorlog
door de Japanners gevangen gehouden in het Sandakan POW Camp (Prisoners of War Camp). De meeste gevangenen zijn overleden
tijdens de beruchte dodenmars. 1800 Australische en 600 Britse krijgsgevangenen moesten een afstand van 227 kilometer dwars
door de jungle afleggen naar de plaats Ranau. Dit gebeurde onder de meest barre omstandigheden. Slechts zes van hen
slaagden erin Ranau te bereiken, een jaar later. De gids wijst naar onze schoenen en merkt op dat de meeste gevangenen niet
zo'n stappers hadden maar blootsvoets de jungle in moesten. We hadden al wat gelezen over dit park (folders lagen in het
Syabas resort) en het is inderdaad erg indrukwekkend om er rond te lopen. Je kunt je eigenlijk niet voorstellen wat hier
toen allemaal is gebeurd. In het park staat een monument en er is een gebouw aanwezig waar je foto's kunt bekijken en
diverse verhalen kunt lezen over de dodenmars. Ook hangen hier de foto's van de 6 overlevenden. We lopen door het park en
tot de verbazing van onze gids zien we zelfs een Silver Leaf Monkey. Die is wel erg ver van de jungle afgedwaald. De gids
komt hier al jaren maar heeft in dit park nog nooit een Silver Leaf Monkey gezien.
Het loopt tegen 17.00 uur en we worden naar het Sepilok Jungle Resort gebracht. De gids zet ons netjes af bij de lodge,
meldt ons aan en wijst ons onze kamer. Tevens geeft hij het tijdstip door wanneer zijn collega ons de volgende dag komt
ophalen. 08.15 uur, don't forget. We nemen afscheid van hem en hij wenst ons een fijne voortzetting van onze vakantie.
Vonden we het een interessante dag, vraagt hij. Wij hebben genoten!
Sepilok Jungle Resort en het Orang Oetan Rehabilitation Centre |  |
Het Sepilok Jungle resort ligt aan de rand van de jungle op 5 minuten rijden van het Orang Oetan reservaat. We kunnen
direct doorlopen naar onze kamer. Deze bevindt zich in een gebouw met een lange hal met links en rechts de kamers. De kamer
is ruim genoeg en netjes ingericht. Helaas hebben we geen balkon. De kamers aan de andere zijde wel. Buiten het gebouw is
een overdekt terrasje met tafel en banken. Van hier uit hebben we een schitterend uitzicht over de mooie tuin met diverse
bloemen, planten en bomen. Ook is er een groot meer. Alle gebouwen zijn met elkaar verbonden via loopbruggen. We besluiten
eerst het restaurant op te zoeken om wat te drinken. De route er naar toe loopt helemaal langs het meer en om de paar
minuten staan we stil om bloemen en planten te bekijken. Het restaurant ziet er leuk uit en heeft vriendelijk personeel. We
bestellen wat te drinken en genieten van het uitzicht. Als we terug lopen naar de kamer nemen we vanuit de receptie nog wat
te drinken mee en installeren ons op het terras. Lang niet alle kamers zijn in deze periode bezet dus het is heerlijk
rustig.
Na een koude douche (we zijn vergeten de boiler aan te zetten) lopen we op ons gemak terug naar het restaurant. Het is
inmiddels donker geworden en alles ziet er onderweg weer totaal anders uit. Het pad naar het restaurant is verlicht en
geeft een gezellige sfeer. Ook het restaurant doet hier aan mee door middel van kaarsjes en gedimde lichtjes. De menukaart
is erg uitgebreid en de keus is moeilijk! Naast ons tafeltjes is een kleine vijver met vissen en schildpadden. De
schildpadden zijn iets aan het eten wat we maar niet nader onderzocht hebben! Het grappige is dat je in dit restaurant je
gerecht kunt kiezen in formaat. Klein, middel en groot. Later komen we er achter dat dit in meer restaurants gebruikelijk
is. We genieten van onze maaltijd, drinken nog wat en gaan daarna terug naar het terras. Het is fantastisch om alle jungle
geluiden te horen. Het leven is goed!!!
De wekker staat op 06.00 uur maar om 05.30 uur zijn we al op. De koffer kan alvast dicht en daarna ontbijten. Heerlijk
omeletje, geroosterd brood en jam. Uiteraard mag een goeie kop koffie niet ontbreken en van deze koffie word je wel wakker!
We hebben nog tijd genoeg en nemen nog een tweede bakkie. Tegen 07.15 uur lopen we naar de receptie om de kosten te betalen
en daarna lopen we nog wat door het park. Om 08.00 uur kunnen de koffers naar de receptie en is het wachten op de bus die
ons naar het Sepilok Orang Oetan Centre brengt. Precies om 08.15 uur komt de bus eraan. De gids stelt zich voor, hij is
voor vandaag en voor de komende dagen in Sukau onze gids. De bus zit niet vol dus krijgt onze rugzak ook een eigen stoel.
Binnen een paar minuten stoppen we bij het Orang Oetan Centre. In het Sepilok Rehabilitation Centre worden jonge Orang
Oetans die gevangen werden of als weesje gevonden worden, getraind om weer terug te kunnen in de natuur. Het centre is
gelegen in de jungle (± 43 km2). Vanaf 1964 is dit centre open. Dagelijks op vaste tijden worden de Orang Oetans, die zijn
teruggezet in de jungle, gevoerd. Deze voederplaatsen bevinden zich op plateaus. Het voederen begint om 10.00 uur. Bij
aankomst krijgen we eerst uitleg over het centre en krijgen we een videofilm te zien over het ontstaan van dit centre.
Sommige Orang Oetans die worden uitgezet komen nooit meer terug naar de voederplek, terwijl sommige er jaren over doen om
voor zich zelf te zorgen. Ook wordt verteld dat je hier een Orang Oetan kunt adopteren. Dat zien wij ook wel zitten. Reeds
thuis hebben we op het forum van de Maleisië site (www.malaysiasite.nl) de nodige informatie over adoptie ingewonnen. We
besluiten een folder mee te nemen en dan alles van thuis uit te regelen. Kunnen we eerst rustig alles doorlezen. De gids
heeft inmiddels entreekaarten gekocht voor de groep en we kunnen op pad. Via een mooie route komen we bij de voederplateaus
aan en hier is het wachten tot de eerste Orang Oetan zich aankondigt. Er zijn in totaal ± 40 mensen aanwezig en het is
muisstil. Dan zien we de touwen bewegen die naar het plateau leiden. En ja hoor...om 09.50 uur komt daar de eerste Orang
Oetan aan. Niet lang daarna volgen er meer. Het is geweldig om deze dieren te zien. Ook vanaf de andere zijde van het
plateau laten de eerste Orang Oetans zich zien, groot en klein. Met veel behendigheid verzamelen de dieren zich op en rond
het plateau. Een wat grotere Orang Oetan komt aanzetten met een stuk plastic. Hoe komt ie daar nu aan? Hoe dan ook, het
wordt wel opgegeten......Om precies 10.00 uur brengen de verzorgers emmers met melk en voedsel naar de Orang Oetans. Ieder
krijgt wat, behalve de apen die ook weten wat er om deze tijd staat te gebeuren. De verzorgers verwijderen deze apen met
een stok van het plateau. Zij kunnen zelf hun voedsel zoeken. Nadat de Orang Oetans gegeten hebben verdwijnen ze rustig de
jungle in. Via een andere route lopen wij door de jungle terug naar de ingang. Gelukkig is het in de schaduw van de immens
hoge bomen wat koeler. De plateaus liggen op een open stuk en na 3 kwartier in de zon is de schaduw welkom. Er is nog tijd
om e.e.a. te bekijken of wat te drinken in het restaurant. Om 11.00 uur verzamelen we ons bij de bus en rijden we naar
Sandakan voor de lunch. Jawel....wederom is de lunch in Hotel Sandakan. Hier kunnen we naast het hotel ook nog bij een
supermarkt de laatste inkopen doen voordat we met de boot vertrekken naar Sukau.
Sukau Rainforest Lodge |  |
De tocht van Sandakan naar Sukau, per boot, neemt ongeveer 2 1/2 uur in beslag. We kunnen onze koffers bij de steiger
neerzetten en 2 jonge jongens tillen alles aan boord. Dit doen ze vaker zo te zien! Wij zouden letterlijk tussen de wal en
het schip hebben gelegen met onze koffers! De kapitein zit al te wachten "Hi, I'am the captain", en wijst vervolgens naar
een stapel reddingsvesten. Wat wil hij daar mee zeggen? Nadat we allemaal een vest aan hebben vertrekken we met in totaal
10 andere naar Sukau. De eerste paar honderd meter wordt er rustig gevaren. We lachen wat en verwonderen ons niet dat de
toch 2 1/2 uur gaat duren. Een eindje uit de haven gooit de kapitein er echter de turbo op en vliegen we bijna over het
water! We zien hele scholen visjes achter de motoren uit het water springen. De tocht is geweldig en binnen de kortste
keren is de kleur van het water veranderd van groen/blauw in bruin, we zitten al op de rivier. Links en rechts schiet de
jungle aan ons voorbij. Onderweg passeren we diverse kleine dorpjes, meestal een paar huisjes bij elkaar. Kinderen zwaaien
vanaf de oever. Bij elk "dorpje" minderen we vaart. Dit is de afspraak, op deze manier hebben de bewoners van de dorpjes
minder last van de herrie van de motoren en van de golven die we maken. Ook zien we de eerste neusapen en vertelt de gids
het verhaal over de "Dutch Monkeys". De eerste Nederlanders die in vroeger tijden in Sabah aan land kwamen hadden, door de
zon, een rood gezicht en een nog rodere neus gekregen en volgens de bewoners van Sabah ook allemaal een erg dikke buik!
Tsja... de overeenkomst tussen de Nederlanders en de Proboscis Monkey (Neusaap) was een feit en dit verhaal wordt altijd
nog in geuren en kleuren verteld.
Sukau is midden in de jungle gelegen aan de Kinabatangan rivier, de langste rivier van Sabah. We verblijven deze dagen in
de Sukau Rainforest Lodge die aan deze rivier gelegen is. Vanuit de lodge gaan we diverse bootsafari's maken. Aangekomen
bij de lodge kijken we onze ogen uit. Wat een schitterende omgeving! We kunnen de spullen op de boot laten die worden later
naar onze kamer gebracht. Via een steiger lopen we over een houten brug naar de receptie. Daar staat voor iedereen een koud
glas fris klaar. Een medewerker van de lodge heet ons welkom en vraagt om rustig te gaan zitten zodat hij het e.e.a. over
de Sukau Rainforest Lodge kan vertellen. We krijgen de geschiedenis te horen van deze Eco Lodge (een idee van Albert Teo),
de Kinabatangan rivier, de Orang Sungai (de mensen die eeuwenlang samen leefden met deze rivier) en over de dieren die in
Sukau leven. Velen dachten dat een Eco lodge het niet zou redden in deze wildernis maar Albert Teo zet door en heeft, samen
met vele anderen, deze lodge weten te realiseren. Dit alles staat ook beschreven in zijn boek "Saving Paradise, the story
of Sukau Rainforest Lodge".
Er wordt vriendelijk verzocht om de schoenen uit te doen. Deze kunnen op een rek geplaatst worden bij de receptie. Op de
kamer liggen sarongs voor ons klaar. Die kunnen we tijdens het eten dragen. Hiermee willen ze bereiken dat iedereen zich
comfortabel voelt. Er wordt voorgedaan hoe de sarong moet worden gedragen (verschillende draagwijze voor een man en voor
een vrouw) het ziet er vrij eenvoudig uit. Om 17.00 uur is de eerste riviersafari en tot die tijd kunnen we rustig aan
doen. Nadat we de sleutel hebben ontvangen gaan we naar onze kamer. De kamers liggen links en rechts achter de receptie
rondom een mooi tuin. Via een houten pad, die langs de kamers loopt bereiken we onze kamer. De kamer is erg klein met 2
één persoonbedden en geen poespas. Maar we zitten midden in de jungle dus wat willen we nog meer! De koffers staan keurig
netjes voor de deur en nadat we die binnen neer hebben gezet gaan we de rest verkennen. Tegenover de receptie aan het
andere einde van de kamers en de tuin is een gezellige open ruimte waar je heerlijk kunt zitten, al snel roepen we deze
ruimte uit tot onze hangplek. Vanuit deze ruimte loopt er ook een wandelpad de jungle in. Later zullen we dit samen met
een gids verkennen. We maken ons op voor onze eerste riviersafari. Vanuit de receptie lopen we terug naar de steiger waar
een klein bootje ligt te wachten. Dit bootje heeft tevens een "fluister" motor zodat we dicht bij de dieren kunnen komen.
We komen de steiger niet af voordat we een zwemvest aan hebben (en het is al zo warm). Met 4 anderen gaan we op weg.
Sukau - Riviersafari |  |
We varen een eind over de Kinabatangan rivier en nemen dan een zijafslag. Hier is de rivier direct een stuk smaller. Al
snel zien we de eerste apen (Makaken) op de oevers en in de bomen. De fluistermotor wordt aangezet en we kunnen de dieren
tot op een paar meter naderen. Een eindje verderop zit een Oriental Darter in een boom. De vogel lijkt een beetje op onze
reiger maar dan bijna zwart. Ook zien we de Kingfisher, een kleine bontgekleurde vogel. De gids heeft veel te vertellen
over de diverse dieren. Het is geweldig om de dieren te zoeken en in een rustig tempo varen we over de rivier. Hoog in een
boom treffen we enkele neusapen aan. Deze groep bestaat uit vrouwtjes. De gids legt uit dat de vrouwtjes een veel kleinere
neus hebben dan de mannetjes. Het verschil is inderdaad duidelijk waar te nemen als we verderop een neusaap zien met een
enorme neus! Hij zit rustig alleen in een boom en kijkt naar wat er op de rivier gaande is, 7 mensen in een bootje die hem
aanstaren en foto's van hem maken. Hij laat zich niet storen en gaat op z'n gemak door met het eten van bladeren. Inmiddels
begint de zon te zakken en wordt het tijd om terug te varen. Wat een prachtig gezicht als we op de grote rivier terug
keren, de zon gaat onder en de lucht is oranje en paars gekleurd! Bij terugkomst in de lodge horen we dat we om 20.00 uur
gaan eten. We hebben nog een klein uurtje voordat het zover is. Snel douchen en dan toch maar die sarong proberen aan te
krijgen. Dat blijkt nog niet mee te vallen en na enkele pogingen besluiten we om maar gewoon onze korte broek aan te
houden. Gelukkig zijn we niet de enige! Het diner wordt aangekondigd met 3 slagen op een gong. Het restaurant bevindt zich
aan het water en het pad er naar toe is verlicht met olielampjes. Het en der schieten kleine zwarte eekhorentjes de
struiken en bomen in als we naar het restaurant lopen. In het restaurant heeft ieder een eigen plaats aan lange tafels. De
plaats is te vinden aan de hand van het kamernummer wat op de tafels staat. Helaas kunnen wij ons nummer niet vinden,
blijkt er ook niet op te staan. Er wordt wat gelachen en men geeft aan: geen sarong....geen diner! Ja, ja.....grapje! Er
is nog plek genoeg en we schuiven aan. Het eten ziet er heerlijk uit en smaakt verrukkelijk. Het is erg bijzonder om op
deze plek aan deze rivier te verblijven, de olielampjes, de geluiden uit de jungle en het uitzicht geven het geheel een
bijzondere sfeer. Na het eten vindt er een presentatie plaats. Wij passen hiervoor en begeven ons met een koud pilsje naar
"onze" hangplek. Daar treffen we 2 mensen uit Duitsland aan waarmee we de volgende dag ook de riviersafari's gaan maken.
Het is een gezellige avond maar we maken het niet te laat. Morgen om 06.30 uur hebben we de volgende safari.
De volgende morgen om 05.15 uur, ruim voor de wekker, zijn we al op. Er blijkt op dit vroege uur zelfs al koffie en thee
klaar te staan bij de receptie! Met onze kop koffie lopen we naar het restaurant. Het is nog donker en er hangt een dikke
nevel over het water en de omringende jungle. Langzaam komt de zon op en de eerste zonnestralen komen door de nevel heen
en schijnen over de rivier. We genieten, wat geweldig om dit te zien! Dan is het tijd voor de vroege riviersafari, zwemvest
aan en de boot in. We varen door de nevel over de rivier. Het duurt niet lang of de gids ziet iets bewegen....
ongelooflijk.....een Orang Oetan. De gids ziet dat het nog een heel jong beestje is. Ze zit rustig in een boom en eet
vruchten (volgens de gids vijgen). Verderop in dezelfde boom zit een Silver Leaf Monkey. De dag kan niet beter beginnen!
Ook zien we tijdens deze safari nog diverse vogels waaronder hele groepen Hornbils en de Egret. De gids denkt op een
gegeven moment een Red Leaf Monkey te zien. Het blijkt een albino Silver Leaf Monkey te zijn. Die schijnen vaker voor te
komen. Na ± 2 uur varen gaan we terug naar de lodge voor het ontbijt. Om 11.00 uur staat de volgende safari gepland en bij
deze safari gaan we ook uit de boot om een stuk door de jungle te lopen.
Sukau |  |
Tijdens de safari van 11.00 uur varen we naar Oxbow Lake. Dit meer is zo genoemd omdat het de vorm heeft van Ossenhorens.
We varen door steeds smallere riviertjes en komen uit op een schitterend meer met veel waterplanten. Hier gaan we aan land
en dat is op zich al lachen. De oever is modderig en erg stijl. Onze groep bestaat uit 6 personen en er is heel wat voor
nodig om allemaal de oever op te komen! Tijdens de eerste paar meters verliest er al iemand een schoen en staat tot de
enkels in de modder. Tijdens deze wandeling zien we voornamelijk veel insecten en maken we ook kennis met de eerste leech
(bloedzuiger), gelukkig hebben we onze leech-sokken aan! De wandeling door de jungle is erg interessant. De gids heeft veel
te vertellen over de bomen en planten die er groeien. Een van de mensen uit de groep (hij blijkt bioloog te zijn) pakt een
soort ronde "vrucht" op. Dit blijkt een beestje te zijn dat zich oprolt als het trillingen voelt. Helaas zijn we de naam
van het diertje vergeten maar we hebben het vaak gezien. Voor ons gevoel gaan we veel te snel terug naar de boot. Het
blijkt dat we toch zo'n 1 1/2 uur hebben rondgelopen! Om 13.30 uur zijn we terug bij de lodge en genieten van de lunch. Om
15.00 uur lopen we samen met Winston (een gids met 27 jaar ervaring in de jungle) het Hornbill pad. Het pad wat de jungle
inloopt achter de lodge. Deze man heeft een kennis! Hij laat ons zien wat je kunt eten in de jungle en wat niet. Wat
giftige planten zijn en wat kruiden zijn. Hij vertelt ons hoe je kunt overleven in de jungle en hoe hij dit van de
bevolking heeft geleerd. Het is werkelijk fantastisch om deze man te horen praten, tevens bezit hij een hoge dosis humor!
Nadat je deze man eenmaal ontmoet hebt vergeet je hem nooit meer! Om 17.00 uur zijn we terug en onze volgende riviersafari
staat om 17.30 uur gepland. Opschieten dus, we lopen direct door naar de steiger en de boot ligt er al. Op onze laatste
safari zien we buiten, Hornbills, zwarte eekhoorns, neusapen en slangen, ook nog een katachtig dier. Deze heeft een
grijsbruine kleur, de kop van een hond het lijf van een kat en de staart van een aap! In de verte horen we een vreemd
geluid....het blijkt regen te zijn! Snel onze regenjassen aan en de fotocamera opbergen. De regen nadert erg snel en voor
we het weten zitten we met de boot in een echte hoosbui. Deze duurt 20 minuten en het blijft warm. De eerste dauw komt
opzetten. In de bomen zitten vogels met gespreide vleugels. De gids laat ons weten dat ze op deze manier hun vleugels
drogen. De zon gaat onder en wij keren terug naar de lodge maar niet voordat we nog een groep neusapen hebben gezien! Het
was een drukke dag en na een verkwikkende douche halen we een koud pilsje en gaan naar "onze hangplek". Heerlijk genieten,
wat een fantastische dag! We zitten net en wie komen daar aan....jawel, Rotterdam is in the house! Het is geweldig om
elkaar na een paar dagen weer te zien. Er worden over en weer belevenissen doorgegeven. We komen te laat voor het diner,
maar ja, dat kan ook wel even wachten! Het is zo leuk om onze verhalen uit te wisselen.

De volgende morgen, na het ontbijt, vertrekken wij met de boot en moeten we afscheid nemen van Sukau. De boottocht duurt
zo'n 10 minuten en we worden afgezet bij een steiger. Vandaag gaan we naar de Gomantong Caves en daarna reizen we door naar
Danum Valley. De weg vanuit Sukau naar de Caves is zeer slecht. Dat is dus 2 1/2 uur lang hobbelen. Onderweg zien we bijna
alleen palmolieplantages. Door deze palmolieplantages zijn in Sabah hele oerwouden gekapt. Voor een groot deel van de
bevolking is de opbrengst van deze olie het belangrijkste inkomen. De olie wordt over de hele wereld verkocht omdat het in
zeer veel producten wordt verwerkt. Zonder dat men zich dit beseft dragen we allemaal bij aan de afname van olie. Her en
der zien we de bedrijven die de palmolie verwerken. Onze vroege lunch vindt plaats in een Chinees restaurant in Danum
Valley. Hier wordt uitsluitend gegeten met stokjes. Helaas ontbreekt hierin onze kennis en na enkele pogingen gaan wij over
op de soeplepel. Niemand in het restaurant kijkt er van op, de gids moet er om lachen.
Camantong Caves |  |
De Camantong Caves bestaan uit kalksteengrotten. In deze grotten bevinden zich de zwaluwnestjes die een delicatesse zijn
voor de Chinese bevolking. De nestjes worden o.a. gemaakt door het speeksel van de zwaluwen. Van deze nestjes, die erg
kostbaar zijn, wordt bijvoorbeeld soep getrokken. De nestrapers beklimmen de groten met bamboe ladders die wel 90 meter
lang zijn. De grotten worden continue bewaakt door 2 personen die 10 dagen achtereenvolgens in de grot "wonen". Na 10 dagen
worden ze afgelost door 2 andere personen. Ze eten, drinken en slapen tussen de duizenden zwaluwen, vleermuizen, ontelbare
kakkerlakken en niet te vergeten de ondragelijke ammoniaklucht. Via een houten looppad door de jungle komen we uit bij de
Caves. Hoog op de berg zien we enkele huisjes, zou daar echt iemand wonen? Ja dus. De gids laat ons de touwladders zien die
op grote rollen zitten. Ook laat hij via een miniatuur ladder zien hoe de nestrapers bij de nestjes komen en deze
verzamelen. Dan is het tijd om de grot in te gaan. Petjes op ivm de zwaluwen en vleermuizen die ook wel eens wat laten
vallen. Een paar meter voor de grot komt ons de stank al tegemoet. Het houten pad wat door de grot loopt zit vol met
zwaluwpoep en is daardoor erg glibberig, oppassen dus. Het is donker in de grot en maar op een paar plaatsen komt zonlicht
door. De gids schijnt met zijn zaklamp op diverse plekken en we zien overal zwaluwen en vleermuizen, ze maken samen een
kabaal van jewelste. Op een open stuk grond vraagt de gids een van ons op de grond te spuwen, daardoor komen er honderden
kakkerlakken de grond uit. Gatver! Horen we nu echt gezang? Het zijn de grotbewakers die op hun matrasje zitten en
waarschijnlijk de 10 dagen aftellen! Hoe houden ze het vol! We lopen op een wat hoger tempo de grot door en zijn blij als
we weer buiten in het zonlicht staan. Leuk om zo'n grot te zien maar één keer is echt voldoende voor ons. De ammoniaklucht
doet geen goed!
We rijden terug naar Danum Valley, naar het kantoor van Borneo Eco Tours, en nemen afscheid van onze gids. De Borneo
Rainforest lodge (ons volgende adres) heeft eigen gidsen in dienst. Een chauffeur, ingehuurd door Borneo Eco Tours, zal ons
in zijn 4-wheel drive naar de Borneo Rainforest lodge brengen. Deze rit zal 4 1/2 uur in beslag nemen. We gaan dus echt
diep de jungle in, een hele belevenis. Het eerste half uur rijden we over goede wegen, er wordt gestopt bij een
fruitkraampje en we kopen een tros bananen. Helaas spreekt de chauffeur nauwelijks engels dus een gesprekje aanknopen lukt
niet echt. Maar met handen en voeten werk komen we een heel eind en de chauffeur doet echt z'n best en is erg vriendelijk.
We slaan rechts af en verlaten de berijdbare asfaltwegen. Vanaf hier bestaat de weg uit zand en het heeft pas nog geregend,
vandaar die 4-wheel drive. Na een klein uurtje draait de chauffeur een soort park in. We kunnen er toch nog niet zijn? Hij
brengt ons toch niet naar de verkeerde lodge? Al is er in geen velden of wegen een lodge te bekennen. Wel zijn er toiletten
in dit parkje aanwezig en het wordt al gauw duidelijk dat de chauffeur daar gebruik van moet maken. Of wij ook moeten? Nee,
maar doe maar rustig aan, roken wij even een sigaretje. Langs het parkje stroomt een riviertje en er vliegen honderden
vlinders en libellen. Nice, zegt de gids, en wijst naar de vlinders. Yes, very nice! Hij rookt een sigaretje met ons mee en
na 10 minuten hervatten we onze reis. We rijden via een erg mooie route naar de lodge. Berg op, berg af. De chauffeur
ontwijkt behendig diepe kuilen en modderpoelen. Stopt een paar keer onderweg om ons op dieren te wijzen en is daarover
zelf net zo enthousiast als wij. 1 keer komen we een tegenligger tegen, die waarschijnlijk vanuit de lodge mensen
terugbrengt naar de bewoonde wereld. Verder zien we niemand meer. De bomen zijn hier erg hoog en we kunnen, door de dichte
begroeiing, maar een paar meter de jungle inkijken. We naderen een brug van boomstammen, met 25 meter daaronder een
snelstromende rivier, gaan we daar echt overheen, vragen we ons af. Dat niet alleen, de chauffeur stopt zijn auto midden op
de brug, draait zich om naar ons en vraagt "smoke"? Grappenmaker! Maar hij stapt uit en met z'n drieën staan we bovenop
die brug een sigaret te roken. Het uitzicht is grandioos, alleen maar jungle zover we kunnen kijken. Van hier uit nog een
uurtje rijden, legt de gids uit. We rijden verder, berg op, berg af, gladde bochten door, kuilen ontwijken...
Danum Valley en de Borneo Rainforest Lodge (1) |  |
Na een klein bouwvallig bruggetje en een flinke berg rijden we een dal in. 10 more minutes, zegt de chauffeur lachend. En
na een geweldige rit komen we dan aan bij de Borneo Rainforest lodge. We worden opgewacht door een medewerkster van de
lodge, koffers kunnen blijven staan daar wordt voor gezorgd. We bedanken de chauffeur, hij blijft hier ook overnachten
anders zou hij een groot gedeelte van de terugweg in het donker moeten rijden. Geen aanrader! De schoenen mogen weer uit en
we volgen de medewerkster. Er staat een drankje voor ons klaar en na het invullen van de benodigde papieren krijgen we
informatie en uitleg. Het hoofdgebouw van de lodge ziet er geweldig uit. De receptie en een winkeltje bevinden zich op de
begaande grond. Op de bovenliggende verdieping (waar wij van ons drankje genieten) bevinden zich het restaurant, een groot
terras en de bar. Alles is open gelaten, dus waar je ook kijkt zie je de jungle. Tijdens het avondeten zullen we kennis
maken met onze gids. Tot die tijd kunnen we rustig aan doen. Eerst maar eens naar de kamer. Via, wederom, houten
loopbruggen komen we bij onze kamer. Die ligt aan de buitenste rand van de lodge en overtreft al onze verwachtingen! De
kamer is erg ruim met een mooie houten vloer, netjes en van alle gemakken voorzien. De badkamer is gigantisch. Maar het
mooiste is het uitzicht vanaf het balkon. We kijken over een open vlakte, waar een riviertje doorheen stroomt, zo de jungle
in! Onbeschrijfelijk, wat een uitzicht! En al die geluiden! Vanaf het terras lijkt het net of we thuis op de bank
"National Geografic" op TV zitten te kijken! We zien een wild zwijn die op z'n gemak over de open vlakte loopt te
snuffelen. We besluiten bij de bar wat te drinken te gaan halen en ons koelkastje te vullen. Het loopt ondertussen tegen
18.30 uur en voor het diner doen we niets meer! We drinken gezellig een pilsje op het balkon en genieten! Het is schemerig
geworden en over een kwartier zal het donker zijn. De geluiden uit de jungle worden steeds intenser, krekels, vogels, apen.
Er wacht ons nog een verassing....als het donker is zien we honderden vuurvliegjes! Wat is dat mooi. De vuurvliegjes
vliegen zelfs over het balkon.
Tijdens het avondeten komt inderdaad de gids voor de komende dagen, kennis met ons maken. Zijn naam is Isnadil. We kletsen
wat en hij neemt het programma voor de volgende dag met ons door. Om 05.30 uur zal de eerste junglewalk beginnen. Er gaan
nog 2 andere mee. Een klein groepje dus. Hij vraagt of we speciale interesses hebben in een bepaald soort dier. Vogels,
apen? Nee hoor, geen specifieke interesses, wij vinden alles wat we in de jungle kunnen zien helemaal geweldig. Dieren,
planten, bomen! Dat is dan geregeld, morgen om 05.30 uur zijn we bij de receptie waar Isnadil op ons zal wachten.
In de vroege morgen, na een kopje koffie, lopen we naar de receptie. Nadat we kennis hebben gemaakt met de andere leden uit
het groepje, gaan we op pad. Deze tocht zal zo'n 2 uur duren. Het begint net licht te worden en de dauw hangt nog tussen de
hoge bomen. De krekels zijn ook al wakker! Nog maar een paar honderd meter van de lodge vandaan staat Isnadil stil. Wat
ziet ie? Wij turen naar de boomtoppen, daar....een Orang Oetan met een baby Orang Oetan stevig in haar armen! Geweldig. We
kunnen haar goed bekijken maar als ze ons ziet verdwijnt ze met haar baby de jungle in. Komt niet vaak voor, legt Isnadil
uit, om Orang Oetans zo dicht bij de lodge aan te treffen. Hebben wij even geluk. We gaan het pad af en lopen naar de
Canopywalk. Voor ons de eerste keer, op een hoogte van 35 meter tussen de boomtoppen lopen. De brug wiebelt behoorlijk maar
de uitzichten zijn grandioos. Om de zoveel tientallen meters is een plateau aangebracht vanwaar we de jungle goed kunnen
overzien. Na de Canopywalk lopen we via een andere route terug naar de lodge. Onderweg laat Isnadil ons kennis maken met
de meest vreemde planten en bloemen. Hij weet echt veel over de flora en fauna en zijn verhalen zijn erg interessant.
Danum Valley en de Borneo Rainforest Lodge (2) |  |
Terug bij de lodge genieten we eerst van een goed ontbijt. Om 10.00 uur is de volgende jungletrekking. We beklimmen tijdens
deze trekking ook de berg die bij de lodge is gelegen. Al met al zullen we zo'n 3 1/2 uur onderweg zijn. Isnadil heeft
aangegeven in ieder geval voldoende drinkwater mee te nemen en onze leechsokken aan te doen. De klim is geweldig, via
allerlei haast onbegaanbare paden, klauteren we de berg op. Onderweg zien we diverse apen, vogels en de nodige
bloedzuigers. Isnadil klimt rustig en we hebben de nodige stops om ons vochtgehalte aan te vullen. Het laatste gedeelte van
de klim gaat via steile paden met touwen om ons aan vast te houden. Boven op de berg bevindt zich een plateau met banken.
We hebben een schitterend uitzicht over de jungle en ver onder ons ligt de lodge. Op de terugweg lopen we langs rotsgraven.
In vroeger tijd werden de mensen hierin begraven. Er liggen nog schedels en botten evenals een doodskist en een blaaspijp.
Bijna aan de voet van de berg kunnen we een duik nemen in een klein meertje met waterval. Het water is ijskoud maar
verfrissend! Isnadil laat een plantje zien dat wij kennen uit de tuincentra, de begonia. Tevens laat hij ons klimbegonia's
zien, nooit geweten dat die ook bestonden. De jungle is zo dicht begroeit dat er haast geen zonnestraal doorheen komt. Op
de boomstammen bevinden zich allerlei, wat wij noemen, elfenbankjes. Die variëren van 5 cm in doorsnee tot wel 40 cm. Op de
grond groeien allerlei soorten zwammen oa. bekerzwammen waar een laagje water in staat. Na een boeiende tocht arriveren we
tegen 14.00 uur bij de lodge. Eerst even douchen en daarna lunchen. Tegen 17.00 uur is onze volgende tocht. In het
restaurant ontdekken we op een van de tafels een gigantische zwarte kever, het beest is wel zo'n 12 cm groot. Hij wordt
voorzichtig door een ober opgepakt en in de tuin gezet.
Tijdens onze volgende tocht zien we diverse apen waaronder Gibbons en Makaken. Tevens ontdekken we het kleinste eekhoorntje
van Sabah, het beestje lijkt op een muis en is zo'n 4 cm. Ook maakt John tijdens deze tocht letterlijk kennis met de
bloedzuigers. We zijn nonchalant geworden in het dragen van onze leechsokken en hebben ze tijdens deze tocht niet aan. Het
gevolg is dat hij 3 bloedzuigers uit zijn been kan halen! Gatver, wat een enge beestjes. Isnadil moet erom lachen en
vertelt dat John nu in ieder geval een certificaat mag ophalen bij de receptie. Dit certificaat verklaart dat John
officieel lid is geworden van de bloeddonorclub van Danum Valley. Lachen natuurlijk, maar het is echt waar! Het certificaat
is ook nog eens officieel ondertekend door de Resident Manager en door de Naturalist, in dit geval Isnadil. Het certificaat
kan de volgende morgen opgehaald worden bij de receptie. Dat vinden wij nog eens een bijzonder souvenir! 's Avonds na het
diner is er gelegenheid om mee te gaan met een avond wandeling. John gaat mee (met leechsokken aan) en ziet oa. Mammals,
een heel klein soort hertje. Na deze, toch wel, drukke dag besluiten we om niet al te laat te gaan slapen.
De volgende dag hebben we om 10.00 uur onze laatste jungletrekking. Na de lunch is het tijd om afscheid te nemen van onze
geweldige gids, Isnadil en van de Borneo Rainforest Lodge. Het waren geweldige dagen die we niet meer zullen vergeten! Wij
rijden, via dezelfde route, in 4 1/2 uur terug naar Danum Valley. Daar worden we bij het vliegveld afgezet voor onze vlucht
naar Kota Kinabalu. Het vliegveld is super klein en er is niemand te bekennen achter de balie, behalve 2 katten en die
slapen. Dat wordt dus even wachten. Met een blikje cola gaan we buiten op een muurtje zitten en wachten rustig af. Na een
half uurtje is er beweging in de hal. Wij checken in (moeten bijbetalen i.v.m. 3 kilo overgewicht, 16 ringgit) en de
koffers worden op een wagentje geladen. Er landt een fokker 50, zo'n vliegtuigje met propellers, gaan wij daar mee? Ja
hoor, dat is ons vliegtuig. De vlucht duurt 1 uur en verloopt prima, zonder al te veel turbulentie. Op het vliegveld van
Kota Kinabalu worden we opgewacht door een gids van Borneo Eco Tours. Hij brengt ons naar het Beverly Hotel waar we 1
overnachting hebben voordat we vertrekken naar Mount Kinabalu. We komen om 19.30 uur aan bij het Berverly hotel. Na al die
jungle ervaringen is dit hotel net wat te luxe voor ons! De kamer ziet er erg mooi uit en we hebben uitzicht over Kota
Kinabalu. Het is inmiddels donker geworden. We hebben geen zin om te eten in het hotel en besluiten om naar het centrum te
lopen. In de omgeving zijn ze druk bezig met de weg, en via allerlei omwegen komen we bij een klein centrum uit. Veel
eettentjes zijn gesloten en de paar die open zijn zitten afgeladen vol. We hebben echt geen zin meer om verder te lopen.
Het is al bijna 21.00 uur en we hebben honger. Dan pakken we het anders aan! In een kleine supermarkt kopen we een zak
broodjes, kaas en twee Tom Yam soep in een potje. Op de hotelkamer staat een waterkoker dus dat komt helemaal goed. Ons
diner hebben we dus in een vrij luxe hotel en bestaat uit broodjes kaas en soep! Het smaakt uitstekend!
Kinabalu park, Fairy Garden Hotel |  |
We worden om 08.15 uur opgehaald bij het Beverly Hotel en vertrekken voor een 2 uur durende rit naar Kinabalu Park. In het
busje zitten 2 mensen uit België, ze zijn op huwelijksreis. Zij beginnen vandaag met de beklimming van Mount Kinabalu. We
kletsen heel wat af en voordat we het weten zijn we bij het Kinabalu Park. De gids schrijft ons allemaal in voor de
beklimming. Wij hoeven morgen dan niet meer op onze pasjes te wachten en kunnen morgenochtend direct met de klim beginnen.
Het is aan de voet van de berg een paar graden koeler maar de zon schijnt volop. We wensen onze medereizigers veel succes
toe met de beklimming, misschien zien we elkaar nog wel! Dit is tevens de eerste keer dat we de berg zien. De top verdwijnt
in de wolken. Wij bezoeken vandaag Kinabalu Park. Het park is zo'n 767km2 groot en ligt aan de voet van Mount Kinabalu. Met
een groepje van 8 personen inclusief gids gaan we op pad. Het park is erg mooi met veel beekjes en kleine watervalletjes.
Het gaat in dit park voornamelijk om de bomen, planten en bloemen. We zien de kleinste orchidee ter wereld. Helaas is dit
niet het seizoen voor de orchideeën maar deze bloeit gelukkig nog wel (en is inderdaad echt heel klein). We maken een
wandeling van zo'n 1 1/2 uur. Daarna is het tijd om de tuinen bij Kota Kinabalu te bezoeken. Hier groeien de bekerplanten
en die willen we wel eens zien. De tuinen op zich vallen ons een beetje tegen er staat haast niets in bloei en de
bekerplanten zijn geen bekerplanten maar een bekerplant (het is er écht 1), achter een hekwerk. Nou ja, in ieder geval
hebben we er 1 gezien! We lunchen bij het park en worden daarna naar het Fairy Garden hotel gebracht. Het hotel ligt zo'n
10 minuten rijden van het park en heeft inderdaad een schitterende ligging. Vanaf ons balkon kijken we uit over een groot
dal waar een klein dorpje ligt en in de verte zien we bergen. De kamer ziet er prima uit. Helaas geen tafeltje of stoelen
op het balkon maar het meubilair van binnen hebben wij al snel buiten staan. Het hotel heeft een Chinees management en dat
is te merken bij het avondeten. We krijgen met z'n 2en een gigantische tafel aangewezen waarop een draaiplateau ligt en
deze wordt volgeladen met de heerlijkste gerechten. Gelukkig geen stokjes maar mes en vork!We moeten lachen om de
bediening, die zitten met z'n allen een soap op TV te kijken en zelfs de kok waagt zich uit de keuken om het te volgen. Zal
wel een Maleisische "goede tijden, slechte tijden" zijn. Waarschijnlijk een trieste aflevering want hier en daar wordt door
de bediening een traan gelaten! We besluiten om op tijd te gaan slapen. Onze rugzakken staan al klaar en zijn ingepakt met
het hoog nodige. Morgen is het zover, dan beklimmen we Mount Kinabalu!
De koffers staan al klaar en precies om 08.30 uur worden we opgehaald bij het hotel. Bij het hoofdkwartier van Mount
Kinabalu geven we onze koffers in bewaring. We ontvangen onze pasjes en krijgen een gids toegewezen. Met een bus die
helemaal vol zit met Chinezen worden we naar het beginpunt van de beklimming gebracht. De rit duurt zo'n half uur, brengt
deze bus ons helemaal naar boven of zo? Nadat we zijn uitgestapt moet de gids ons nogmaals registreren. Wij kopen
ondertussen nog 2 flesjes water en dan kan de klim echt beginnen. De Chinezen zijn al op weg en om 10.00 uur gaan wij van
start. Ons is geadviseerd het rustig aan te doen en te genieten van alles wat we onderweg zien. Tijd genoeg. De gids houdt
ons tempo aan en loopt achter ons (met de handen in de zakken). Hoe vaak hij dit doet? 3 maal per week! We komen voorbij
een schitterende waterval en uiteraard wordt daar een foto van genomen. De beklimming bestaat het eerste gedeelte uit
allemaal trappen die variëren van zo'n 30 cm tot wel 50 cm hoog. We zien al snel in dat we het inderdaad rustig aan moeten
doen! De eerste paar kilometer gaan echt goed. We maken nog de opmerking "als dit zo door gaat is het een makkie". Er zijn
om de paar honderd meter rustpunten en daar maken we graag gebruik van. Rugzak omhouden, dat is ons geadviseerd.
Na zo'n 3 1/2 kilometer merken we dat het klimmen steeds zwaarder wordt. Maar we stappen dapper door! De lucht wordt ijler
en het ademhalen wordt moeilijker. En ja hoor, daar komen onze Belgen aan! Enthousiast begroeten we elkaar! Zij hebben
vanmorgen, na een overnachting, de top bereikt. Kei goed van ze! Wij "moeten" nog...Ze laten ons weten dat het "verrekte"
zwaar is. Dat hadden wij inderdaad ook al in de gaten. Wederom wensen we elkaar een fijne vakantie. Zij gaan door met de
afdaling, wij gaan verder met de klim. Om 12.00 uur begint het een beetje te regenen. Alsjeblieft, laat deze bui
overwaaien. We zijn 200 meter verwijdert van ons volgende rustpunt. Daar aangekomen barst de hemel open en begint het te
stortregenen. We blijven op het rustpunt wachten in de hoop dat deze bui snel over zal zijn. Na een half uur hebben we in
de gaten dat de regen niets minder wordt. We kunnen niet blijven wachten, trekken onze regenjassen aan, extra zeiltje over
de rugzakken, en gaan op weg. De lol is er op deze manier snel af. De stenen zijn glibberig en er vormen zich steeds meer
kleine watervalletjes die met een enorme snelheid de berg afrollen. Wij stappen daar tussen door. Proberen onze voeten
droog te houden door steeds op een hoger liggende steen te stappen en niet in de plassen water. Na 1 1/2 uur houden onze
regenjassen de regen niet langer tegen. Het water stroomt via de bovenkant van onze schoenen naar binnen. Een pad is niet
meer zichtbaar en we waden letterlijk door het water naar boven. John houdt de moed erin en stapt stevig door. Ik (Pasca)
zie het niet meer zitten maar ja, terug is ook geen optie. We zijn al ruim over de helft. Het ademhalen begint
langzamerhand echt pijn te doen. Ik krijg last van hoofdpijn. Doorlopen! Waar zijn we aan begonnen! Doorlopen! Steen voor
steen, stap voor stap. De automatische piloot staat al lang aan!
Beklimming Mount Kinabalu |  |
De laatste paar honderd meter zijn het zwaarst, het stortregent nog altijd. De gids, die maar een paar woorden Engels
spreekt, deelt mee, "nog 4". Ik (Pasca) kijk hem aan, nog 4 wat? 4 meter, vierhonderd meter, 4 minuten? Mijn part vier uur!
Heb er dus zwaar de pest in! John, met z'n topconditie, probeert me moed te geven. Joh, morgen gaan we naar Pulau Gaya! Kop
op, dat laatste stuk haal je ook nog wel! Het blijkt 400 meter te zijn, en het zijn de zwaarste! En dan eindelijk, Laban
Rata is in zicht. Dit is het tussenstation en we zijn er om 14.30 uur, niet slecht! Hier hebben we onze overnachting. Om
03.00 uur begint vannacht de klim naar de top. Bij Laban Rata aangekomen lopen we direct door naar de receptie. De ruimte,
een soort kantine, zit vol met mensen die drijfnat zijn. Her en der hangen regenpakken, liggen natte sokken en staan natte
schoenen. Overal op de vloer is het nat. We krijgen onze sleutel en horen dat we niet in het Laban Rata kunnen overnachten.
Is er een mogelijkheid om dit toch te regelen? Nee, helaas, alles zit vol. Onze hut ligt 70 meter verderop. Prima, alles is
goed op dit moment! Door en door nat zijn we, waar we staan vormen zich plasjes water op de vloer. De verwarming is niet
aan en pas nu merken we, na al dat klimmen, dat het ijskoud is. In Laban Rata is de verwarming nog niet aan, om 18.00 gaat
deze pas in gebruik. De temperatuur is 7 graden. We vertrekken naar de hut. Dit is echt de druppel, na al dat sjouwen ook
nog een stuk verder moeten lopen. 70 meter lijkt niet veel maar de regen komt nog steeds met bakken uit de hemel en alles
is spekglad. Het laatste stuk naar de hut liggen er touwen waar we ons aan vast kunnen houden. De hut blijkt te bestaan uit
allemaal kamertjes met stapelbedden. Wij delen onze kamer met 2 anderen. Snel de rugzakken af en droge kleding aan.
Helaas...ook de zeiltjes van onze rugzakken hebben de regen niet tegen kunnen houden, alles is door en door nat. Onze
winterjassen voor de klim vannacht, zijn doorweekt, ook onze broeken en truien.....Wat nu? Daar staan we dan, ijskoud in
onze natte kleding en natte schoenen en geen droge spullen.

In de hut is geen verwarming, dus we hangen alle natte spullen maar over een stoel. Er zit niets anders op om een deken
over onze natte kleding heen te slaan en maar gewoon te wachten. Ik (Pasca) kom als eerste met de opmerking dat ik vannacht
niet het laatste stuk ga lopen. Ik zie dat echt niet zitten, ik ben doodmoe en om in natte kleding die berg op te moeten?
Nee, mooi niet! Er komt een klein groepje engels sprekende mensen binnen. Van hun groep zijn er 2 halver wegen de berg
teruggekeerd en ze wachten nu nog op 4 anderen. In ieder geval kunnen zij nog bijna droge kleding aan, ze geven aan dat de
tocht niet langer had moeten duren anders was ook alles in hun rugzak nat geweest. Gelukkig voor hun heeft het zeil van hun
rugzak de boel enigszins droog weten te houden. Zij besluiten na een uur terug te lopen naar Laban Rata, daar is in ieder
geval koffie te krijgen. Of ze iets voor ons mee kunnen nemen? Ja, een happy meal en een milkshake! Ondanks alles, moeten
we er met z'n alle om lachen. Ook wij besluiten om naar Laban Rata te lopen. In de hut is niets te doen. We rollen onze
broeken tot onze knieën op en stappen in onze natte schoenen, bah! De regen is nog net zo hevig en verkleumd komen we bij
Laban Rata aan. Daar doen de eerste geruchten de ronde dat de klim voor aankomende nacht niet doorgaat. Veel te gevaarlijk!
Wij hebben ondertussen samen besloten inderdaad niet door te klimmen, of het nu door gaat of niet. Gelukkig kunnen we in
Laban Rata onze schoenen laten drogen. Dit is niet goedkoop maar we hebben het er graag voor over! We moeten wel tot 20.00
uur daarop wachten, het is nu 17.00 uur. We bestellen een pot koffie en worden na een tijdje eindelijk een beetje warm. Om
18.00 uur gaat de verwarming aan, helaas niet in de algemene ruimte wel in de slaapvertrekken van Laban Rata. Het
restaurant loopt direct leeg. Iedereen gooit natuurlijk gelijk de natte kleding over de verwarming heen. Wij maken er het
beste van en zijn enigszins opgelucht dat we de knoop door hebben gehakt om niet verder te lopen. Voor ons is dit hoog
genoeg! We lichten onze gids is dat we niet verder lopen, hij zit er niet zo mee. Wordt het deze keer een makkie voor hem!
Na een korte slapeloze nacht, we hebben om 02.30 uur wel een gezellig gesprek met onze Filippijnse kamergenoten, besluiten
we om 05.30 uur op te staan. We zijn net als iedereen in onze kleding gaan slapen en douchen of tandenpoetsen doe je hier
liever niet, dus zijn we snel klaar. Om 07.00 uur gaat het restaurant in Laban Rata open en tot die tijd moeten we wachten.
Buiten op de veranda van de hut genieten we van een geweldige zonsopgang. Gelukkig voor de lopers is de klim doorgegaan!
En....het regent niet meer! Gelukkig zijn we niet de enige die zijn achtergebleven. En zoals dat gaat peppen die elkaar
flink op! We horen dat de regen om 01.00 uur is opgehouden. De zon breekt nu echt door en de berg ziet er een stuk
vriendelijker uit. John komt aanzetten met 2 zakjes oploskoffie! Hoe komt ie daar aan? Maakt niet uit, dit is het lekkerste
kopje koffie van de hele vakantie! Om 06.45 uur lopen we met onze rugzakken naar Laban Rata. Na een snel ontbijt begint
voor ons de terugtocht. Ook de andere die niet zijn verder gelopen beginnen aan de afdaling. We weten geen raad om de berg
af te komen! Onze winterjassen zijn nog te nat om aan te doen dus dan maar onze regenjas. Dit blijkt geen verkeerde keus
want na een uur lopen begint het wederom te stortregenen! Die berg moet ons wel hebben hoor! Na zo'n twee uur lopen komen
we de eerste mensen tegen die de berg op gaan. We wensen elkaar succes toe. We krijgen zelfs de opmerking van iemand "They
are still smiling"! Tuurlijk...wij lopen naar beneden en ons volgende doel is Pulau Gaya! Maar dat zeggen we niet hardop!
Eindelijk zijn we terug bij het beginpunt. Onze schoenen zijn redelijk droog gebleven. De gids van Borneo Eco Tours neemt
ons mee naar een restaurant voor de lunch en daarna beginnen we aan de terugtocht naar Kota Kinabalu. In ons busje zitten
ook de mensen uit België. Er wordt weer heel wat afgekletst en zij beloven ons een foto van de top van de berg te mailen.
Hoe dan ook, dit avontuur vergeten wij niet snel, en ondanks alles, zijn we blij dat we een poging hebben ondernomen! De
berg zal nog vaak ter sprake komen! In de stromende regen worden we afgezet bij de haven van Kota Kinabalu.
Pulau Gaya |  |
Pulau Gaya is een van de vijf eilanden die in het Tunku Abdul Rahman Park ligt. Het park is in totaal 49km2 groot. Gaya is
het grootste eiland en ligt het dichtst bij Kota Kinabalu. Met de boot duurt de overtocht zo'n 20 minuten. Onze volgende
dagen logeren we in het Gayana Eco Resort.

Helaas missen we net de boot en moeten we 2 uur wachten op de volgende. Bij de desk van het Gayana Eco Resort kunnen we
voorlopig onze koffers kwijt. Dan hoeven we daar niet de hele tijd mee rond te sjouwen. Kota Kinabalu inlopen is helaas op
dit moment geen optie. Het regent daar veel te hard voor, de straten staan blank. In het gebouw, wat de wachtruimte is bij
de haven, bevinden zich enkele kleine winkeltjes. We lopen wat rond en nemen bij een van winkeltjes een kop koffie (wat
achteraf chocomelk blijkt te zijn). De boot meert aan en jawel....wie komen daar aan? Rotterdam! Het is een leuk weerzien,
zij zijn al enkele dagen op Gaya. Ze vinden het prachtig daar en hebben hele verhalen. Vandaag hebben ze besloten om te
gaan eten in Kota Kinabalu vandaar dat we elkaar in de haven treffen. Tegen de tijd dat we aan boort kunnen houdt het op
met regenen en de zon breekt door! Tijdens de overtocht komen we langs een waterdorp waar Filippijnen wonen. Er wordt
afgeraden om een bezoek aan het dorp te brengen, er heerst helaas veel criminaliteit. Na 20 minuten is het Gayana Eco
Resort in zicht. Het ziet er geweldig uit. Huisjes op palen, met een groot terras boven zee. De boot legt aan en via de
steiger bereiken we de receptie. Een drankje staat al klaar en na het invullen van de benodigde papieren krijgen we onze
sleutel. Via houten bruggetjes lopen we naar onze kamer. De koffers staan al voor de deur. Wij zitten in het laatste huisje
helemaal op het einde van het ressort. De kamer is geweldig, mooie houten vloer, erg ruim, airco, tv, waterkoker, geweldige
badkamer, en een schitterend ruim terras met stoelen en ligbed. We nemen gelijk een douche en halen daarna onze rugzakken
met natte kleding leeg. Heerlijk, de koffer kan voor het eerst deze vakantie helemaal worden uitgepakt. Kleren in de kast,
toiletspullen op de badkamer. Binnen 15 minuten hebben we alles ingericht en ligt, hangt en staat alles op z'n plek. Zo,
na al die drukke, maar geweldige dagen, is het nu tijd om heerlijk te relaxen! 's Avonds gaan we eten in 1 van de 2
restaurants het wordt dit keer het Westers restaurant gelegen tegen de rand van de jungle. Het andere restaurant, wat
voornamelijk Aziatische gerechten op de menukaart heeft staan, ligt boven het water naast de receptie. In het laatst
genoemde restaurant wordt tevens het ontbijt gereserveerd. Het ressort zit nog niet voor de helft vol, er komen wel elke
dag dagjes-mensen die een paar uur op het eiland verblijven. Tegen 17.00 uur keren zij terug naar het vaste land.
We huren dagelijks een bootje en roeien uren rond op het heldere water. Vissen voeren is hier één van onze favoriete
bezigheden! Vanaf ons balkon kijken we zo een aquarium in, het water is superhelder. Het resort heeft een Nature Pool. In
dit gedeelte hebben ze de zee-egels verwijderd zodat je met blote voeten het water in kunt. Helaas is het kwallen seizoen
net begonnen dus is het oppassen tijdens het zwemmen en snorkelen. Bijna elke avond kunnen we genieten van de mooiste
zonsondergangen. De lucht kleurt langzaam roze, paars, oranje en het is werkelijk schitterend om te zien. Wij genieten van
het mooie Sabah, "Land below the wind".
Lees ook deel 1 van dit verslag!
Het reisverslag en eventuele foto's op deze pagina zijn met uitdrukkelijke toestemming van de auteur(-s) overgenomen.
Bron: www.pole-pole-reizen.nl
Met dank aan John en Pasca.
In deze categorie:
•
2013 Ton en Ria in Maleisië (deel 1)
•
2013 Ton en Ria in Maleisië (deel 2)
•
Een verslag gevormd door 11 e-mails
•
17 dagen fly-drive door Maleisië
•
17 dagen Kuala Lumpur, Penang en Langkawi
•
Duiken op Pulau Payar met Esther en Arno
•
Jenny in Maleisië
•
Kuala Lumpur, Penang en Langkawi
•
Linda en Ward + vrienden
•
Merdeka Dag in Kuala Lumpur
•
Pam en Ries op wereldreis (14 delen)
•
Reisverslag van Peter Harsma
•
Trektocht door Maleisisch Borneo
•
De Maleisië vakantie van Wil en Hanneke (1) West Maleisië
•
De Maleisië vakantie van Wil en Hanneke (2) Sabah en Sarawak
•
Reisverslag van de Twee Reizigers